Een interview met Stochelo Rosenberg / Het Rosenberg Trio

Stochelo Rosenberg is al jaren de lead-gitarist in Het Rosenberg Trio en auteur van zijn boek “The story of my life”. Zijn inspiratie heeft hij vooral gehaald uit de muziek van de Belgische Sinti-gitarist Django Reinhardt (1910-1953). Het Rosenberg Trio, waarin hij samen met zijn neven Nous’che en Nonnie speelt, treedt op over de hele wereld op vele jazzfestivals zoals o.a. het Festival International, Jazz de Montréal, North Sea Jazz en het Django Reinhardt Festival in Samois.

Stochelo heeft 2 zoons, een dochter, 4 broers en 1 zus, Sephora, waarvoor hij ook een gelijknamig nummer (For Sephora) heeft geschreven. Hij wordt regelmatig de meest representatieve gitarist van het Gypsy Jazz/Manouche genre genoemd. Het Rosenberg Trio heeft gespeeld in de voorprogramma’s van o.a. Shirley Bassey, Randy Crawford en Luciano Pavarotti. Ook hebben ze opgetreden met muzikanten zoals Toots Thielemans, Jan Akkerman en de violist Stéphane Grappelli.

Toen ik Stochelo vroeg of hij wilde meewerken aan een interview, reageerde hij supersnel dat ik de vragen kon opsturen. Ik was blij verrast, Het Rosenberg Trio is nl. sinds ’82 één van mijn favorieten in het Gypsy-Jazz/Manouche genre en de soms snelle muziek maakt mij sindsdien, op 1 of andere manier, rustig in mijn hoofd. Ik stelde hem de volgende vragen:

 

Wie zijn je vader en moeder? Wat heb je van hen meegekregen in jouw leven?

Mijn vader Mimer en mijn moeder Metz hebben gitaarspelen altijd gestimuleerd. Niet dat ik het moest, maar ik kreeg de mogelijkheid. Ik leerde spelen van mijn vader en mijn ooms. Toen was ik ongeveer 10 jaar. Ook zat ik vaak bij een grammofoon en speelde op mijn elektrische gitaartje alles mee. LP’s van Django Reinhardt, de grootste Sinti gitarist, die de gypsy jazz over de hele wereld bekend heeft gemaakt. Ik luisterde goed en speelde het na. Daar was ik niet tevreden mee. Ik wilde niet alleen naspelen, maar mijn eigen ziel erin leggen. Improviseren; mijn eigen draai eraan geven.

Je ouders zijn van groot belang in je ontwikkeling en daar kom ik dadelijk nog op terug.

 

Hoe kom je aan jouw naam Stochelo, ik las nl. dat je eigenlijke naam Isaak is?

Mijn officiële naam is Izaäk, maar ik werd Stochelo genoemd. Dat groeit in onze gemeenschap automatisch en dan blijft het zo.

 

Je eigen zoon, Isaac, heeft echt zijn eigen stijl van muziek maken, en combineert de Gypsy-Jazz met Rap. Is dit een stukje evolutie van de Gypsy-Jazz?

Nee, dat is geen evolutie van de gypsy-jazz, maar zijn belangstelling voor de rapcultuur. We hebben samen ook in de studio gezeten en ik heb dat in een jazzy stijl begeleid.

 

Wanneer is jouw liefde voor de gitaar ontstaan? En als je 1 gitaar zou mogen meenemen naar een volgend leven, als dat zou kunnen, welke zou dat dan zijn?

Ik ben gaan spelen op mijn 12de jaar en dat is rijkelijk laat. Bij ons hoor je de hele dag door de muziek van Django. En dan wil je het zelf gaan doen en dan is er geen weg terug.

Mijn grootste bezit wat gitaren betreft is de Selmer gitaar. Daar wordt ook in mijn boek over mij uitgebreid over geschreven. Ik heb enkele jaren geleden een fantastische Selmer ‘Petite Bouche’ serienummer Nr 668 van eind jaren ‘30 verworven. Daar speel ik het liefst op. Het is zo bijzonder, alsof je de tijd van Hot Club de France daarin hoort.

 

Jullie hebben over de hele wereld opgetreden, wat was jouw leukste of mooiste optreden en waarom?

Dat is zo moeilijk te zeggen. Enkele optredens met Stéphane Grappelli waren heel mooi en historisch. Dan zie je voor je dat hij samen met Django Reinhardt heeft gespeeld en de gypsy jazz op de kaart heeft gezet. Op grote podia staan betekent ook vaak een afstand met het publiek. Kleine podia zijn toch ook wel heel aangenaam, omdat je zo dicht bij je publiek speelt.

 

Wat betekent muziek (maken) voor jou? In een ander interview heb je wel eens gezegd dat je tegenwoordig meer met je hart wilt spelen, wat betekent dat voor jou?

Het komt niet zomaar aangewaaid. We hebben talent en passie voor muziek. Je moet er ook iets voor en mee doen. Ik oefende in mijn jonge jaren zo’n 8 uur per dag. Dat was vanzelfsprekend, maar niet altijd even gemakkelijk. Ik heb ook anderen nodig gehad om een muzikale loopbaan op te bouwen. Allereerst mijn familie en mijn neven Nous’che en Nonnie Rosenberg. We vormen een trio; we zijn een eenheid en voelen elkaar op een natuurlijke wijze aan.

Al kun je nog zo goed gitaar spelen, al heb je een geweldig talent, je hebt ook anderen nodig, die je op weg helpen. Mijn ouders hebben daar grote invloed op gehad. Wat blijft er als kind van je over als je in de wereld van glimmer en glamour stapt? Dat is bij mij geleidelijk gegaan en op het moment dat ik eraan toe was. De muziekwereld was voor ons een grote onbekende. Optredens in grote zalen. Ik moest als sologitarist ook het woord doen in een volle zaal of voor radio en tv. We hebben alleen basisonderwijs en zijn opgegroeid in de beslotenheid van een woonwagenkampje. We keken op tegen al die hoge heren, die woorden gebruikten, die we nog nooit gehoord hadden. We leerden alles in de praktijk. Door te doen, door gitaar te spelen, door te oefenen wat je op het podium zegt. Natuurlijk hebben we ook mensen nodig, die je behulpzaam zijn in de wereld van de muziek. Die moeten je vertrouwen verdienen. Doen wat ze je gezegd en beloofd hebben.

Afspraken maken en nakomen. Als je iets niet begrijpt, vragen wat ze bedoelen tot je het wel begrijpt. Teken nooit blindelings een contract, laat anderen ernaar kijken of het deugt. Je hebt anderen ook nodig, maar het moet wel betrouwbaar en eerlijk zijn. Samen kun je de toekomst maken en je talent ontwikkelen. Vertrouw op eigen kracht en vergeet niet waar je vandaan komt.

Bij ons komt je gitaarspel uit je hart. Veel musici lezen hun muziek van het blad. Wij kennen de notenleer niet en spelen op gevoel en gehoor. Dat wordt sterker en beter door de jaren heen en je kunt je hart laten spreken op het podium waar je volledig in je spel opgaat. Dat gebeurt vanzelf en geleidelijk.

 

De Manouche-stijl van het Rosenberg Trio is in de loop van de tijd van supersnel naar meer ontspannen muziek gegaan. Heeft dat te maken gehad met jullie persoonlijke ontwikkeling?

Als jonge gitaristen wil je laten horen dat je snel kunt spelen. Daar gaat het dus niet om en dat besef je met de jaren. Dat wil niet zeggen dat je niet meer snel speelt, maar dat er meer gevoel ingelegd wordt. Dat het niet om het snel spelen gaat, maar om samen te spelen en vanuit je gevoel; vanuit je hart. We hebben ook geen vaste setlist, maar maken die vlak voor het optreden passend bij je gevoel op dat moment.

 

Heb je wel eens iets geks gedaan of meegemaakt als je moest optreden wat nog niet veel mensen weten? 

Ach, er is weleens een snaar geknapt op een groot festival. Dan is het aan je medemuzikanten om het nummer zo te spelen dat je weer kunt invallen zonder dat het voor het publiek storend is of dat je het spel moet stilleggen.

 

Als ik jullie optredens in Samois-sur-Seine zie, krijg ik daar altijd een warm gevoel bij. De optredens zijn jaarlijks en zijn een ode aan Django Reinhardt, wat heeft hij voor jou, en jouw manier van muziek maken betekend?

Django Reinhardt heeft een ongelooflijk oeuvre nagelaten. Dat is zo bewonderenswaardig. Als je weet dat hij door een brand een aantal vingers niet meer kon gebruiken, dan groeit de waardering voor hem alsmaar. Voor Sinti en mogelijk voor heel veel anderen is hij de grootste in de gypsy jazz en de grondlegger van de Europese jazz.

 

Door een brand is Django destijds, op 18-jarige leeftijd, een paar vingers kwijtgeraakt en heeft opnieuw moeten leren gitaar spelen. Is er een verschil tussen het spelen met 8 of 10 vingers?

Uiteraard is daar een groot verschil in. Je moet bij wijze van spreken weer opnieuw gitaar leren spelen. Je moet dezelfde aantal noten met minder vingers weergeven. Na zo’n rampzalige brand in een woonwagen is het wonderbaarlijk dat hij de moed en het vertrouwen had om door te gaan en uit te groeien tot een van de beste gitaristen.

 

Wat is het mooiste compliment dat je ooit hebt gekregen (hoeft niet per sé te maken te hebben met muziek)?

Het mooiste compliment is het applaus van het publiek, die heeft genoten van ons optreden.

 

Waar ik echt van kan genieten als we als band muziek maken, is als het soms helemaal ”klopt”, iedereen doet wat hij moet doen, alles klinkt als een zonnetje, het publiek is blij, etc. Ik heb deze vraag ook aan de andere geïnterviewden gesteld, maar wanneer klopt het (geluid) in een band voor jou? En wat is het belangrijkste volgens jou om dat voor elkaar te krijgen?

Als je al zoveel jaren (35 jaar) als wij spelen, dan klopt het bijna altijd. Het gaat om samen spelen, samen een optreden neerzetten en rekening houden met elkaar. Dat hebben we van jongs af aan geleerd. Het gaat niet alleen om jou, maar wat je samendoet en dan klopt het gewoon.

 

Hoe kom je aan jouw eigen specifieke gitaarsound? Ik dat zie dat er in de Gypsy-Jazz verschillende gitaren (Selmer, Gitane, Favino, Patenotte) gebruikt worden, is er ook een ultieme Gypsy Jazz gitaar?

De voorkeur voor een gitaar is persoonlijk. Zoals ik al eerder zei is de Selmer mijn favoriete gitaar. Om het compleet te maken. Ik speel uitsluiten met Galli strings silverplated silk & steel 010/045, een Wegen plectrum een pick up van Peche à la mouche of van Antonio Surdo. Mijn andere gitaren zijn van Leon Eimers, Jean Barault, JWC, Hahl, Cyril Gaffiero, en Vadim Stankevicius.

 

Als je je leven opnieuw mocht vormgeven, zou je het dan anders doen?

Het leven is zoals het is en zich aandient. Je hebt maar een keer de kans om dat vorm te geven.

 

Als je 1 persoon zou mogen noemen, buiten Django Reinhardt, die voor jou een inspiratie in je leven is geweest, wie zou dat dan zijn en waarom?

Dat is op de eerste plaats Jezus Christus!

 

Wat doe je op dit moment en wat ga je de komende periode in de muziek doen, heb je nog wensen/dromen?

Het zou mooi zijn als we de 35 jaar muziek maken met een theatertour kunnen bekronen. Verder ben ik met mijn broer Mozes betrokken bij een documentaire film van Charly Chaplin.

 

Als je een gitarist zou mogen interviewen, wie zou dat dan zijn en wat zou je hem/haar willen vragen?

Interviewen is mijn vak niet. Het meest interessante en het fijnste is met andere musici muziek te maken en samen te ontdekken wie we zijn.

 

Wij, Young Ones Forever zijn nog “upcoming”, zeker als we ons afzetten tegen jouw jarenlange ervaring. Als je ons, en andere beginnende bands, een gouden tip zou mogen geven, wat zou dat dan zijn?

Blijf jezelf!

 

Stochelo Rosenberg, 3-11-2022

Mocht je een diepere kijk in het leven ven Stochelo willen nemen dan kun je zijn levensverhaal lezen in zijn boek wat hier is te bestellen:

https://www.sintimusicrecords.nl/a-60432727/cd-and-book-catalog/stochelo-rosenberg-the-book-cd-the-story-of-my-life/

Kijk hier voor de presentatie van het boek:

https://youtu.be/qppMmERIpzY